De (sub)tropische wereldreiziger
Gember wordt in bijna elk tropisch of subtropisch land gekweekt. Gember is een gecultiveerde wortel. Dat betekent, dat hij niet van nature voorkomt in het wild. Toch bestaat gember al ontzettend lang. Hij werd voor het eerst gecultiveerd door de Austronesiërs in maritiem Zuidoost-Azië, zo'n 3000 jaar voor Christus. Dankzij een prehistorische migratie over zee breiden de Austronesiërs hun gebieden tot 1500 vC uit van Madagaskar tot Hawaï. En tijdens die migraties kwam de gember wortel mee. Zo rond de eerste eeuw vC kwam de gember ook voor het eerst via India in Europa terecht. Tegenwoordig vind de wereldwijde gember productie ook voor het grootste deel plaats in India.
Productieproces Gember
De plant wordt geoogst als in de herfst de bladeren zijn afgestorven. De wortelstokken worden opgegraven en worden gedroogd in de schaduw. Jongere wortels worden geoogst om vers te gebruiken of in te leggen. Oudere wortelstokken worden gemalen om gemberpoeder te verkrijgen. Gemberplanten worden vermeerderd door ze te scheuren.
Toepassingen van Gember
Gember is familie van Kurkuma, Kardemom en Galanga. Gember wordt gebruikt als kruidengeneesmiddel en als veelzijdige specerij. Ze wordt verwerkt in thee, als smaakmaker bij groentes, in snoep en alcoholische dranken, maar ook zelf verwerkt in azijn (zoals augurken).
Voedingswaarde: Kcal / Kj: 304kcal / 1272kJ g | Eiwitten: 7 g g | Koolhydraten: 60 g (59 g Sugar)g | Vetten: 3 gg | Verzadigde Vetten: 1 gg | Vezels: 6 gg | Natrium 34 mgg
